Worstwaterdrinkers trekken door Europa: “Ik heb nog nooit zulke nette supporters hier in Alkmaar langs gehad”

Pølsevannkameraterne op het Waagplein

Het Waagplein in Alkmaar is overspoeld door mensen in het geel-zwart. Hoedjes, petten, shirts en truien, iedereen heeft wel iets aan in deze kleuren. Er wordt getrommeld en gezongen. Voor de bediening van de cafés aan het plein is het code rood: hoe gaan ze deze groep van duizend dorstige voetbalsupporters van bier voorzien? Om hen heen staan tientallen politieagenten voor het geval dat dit feestje uit de gaat lopen. De supporters van het Noorse Bodø/Glimt trekken zich hier weinig van aan. De trommel begint harder te slaan en iedereen schreeuwt in koor: “Wat is het fijn om hier te zijn!”

De Noorse voetbalclub Bodø/Glimt speelde afgelopen donderdag in de 16e finale van de Conference League een uitwedstrijd tegen AZ Alkmaar. De Noorse ploeg wist een 2-2 gelijkspel op het scorebord te zetten en bereikte daarmee de kwartfinale van het Europese toernooi. Een knappe prestatie voor een club met een begroting vergelijkbaar met Sparta Rotterdam en PEC Zwolle. Bodø/Glimt is bezig aan een opmars in Europa. Eerder in het toernooi schakelden ze Celtic uit en boekten ze een historische 6-1 overwinning op het AS Roma van José Mourinho in de groepsfase.

Het Europese toneel is nieuw voor de mensen uit Bodø. In Nederland wordt er vaak gevreesd voor ongeregeldheden wanneer Ajax, PSV en Feyenoord eropuit trekken in Europa, met het vernielen van de Barcaccia fontein in 2015 in Rome door Feyenoordsupporters als dieptepunt. De reputatie van Nederlandse clubs in het buitenland is duidelijk, maar wie zijn deze Noorse nieuwkomers in het Europese voetbal?

Om drie uur s’ middags zit Daniel Kjelstrup (32) op het terras aan het Waagplein. Hij eet een hamburger en zegt lachend: “Dit is mijn ontbijt.” Gisteren heeft hij met zijn vrienden Amsterdam ontdekt en daar moet hij nu nog van bijkomen. Met een groep van vijftig supporters vormen ze Pølsevannkameraterne, wat betekent worst-water-vrienden. Vernoemd naar het warme drankje van worstbouillon, dat ze verkopen tijdens thuiswedstrijden in Bodø. “Niemand vindt het lekker en je betaalt er ook nog eens 25 kronen (2,5€) voor, veel te duur, maar het is traditie,” vertelt hij opgewekt na zijn ochtendmaal.

Aan de zijkant van het plein staan een aantal mensen in het geel-zwart met de politie te praten en grapjes te maken. De politie praat mee en vermaakt zich wel met de Noren op de zonovergoten donderdagmiddag in Alkmaar. “Kijk, wij komen hier niet om ruzie te maken. We zijn heel vriendelijk en willen juist met iedereen vrienden zijn. We willen niet laten zien dat we beter zijn dan anderen, dat doet ons team wel op het veld,” zegt Kjelstrup (32) met een knipoog.

De stad en club in het noorden van Noorwegen zijn relatief klein voor Europese begrippen. Met vijftigduizend inwoners en een stadion dat ruimte heeft voor vijfenvijftighonderd bezoekers, is Bodø/Glimt de kleinst overgebleven club in de Conference Leugue. Na het aanstellen van trainer Kjetil Knutsen in 2017 gaat het de ploeg voor de wind. Met aantrekkelijk voetbal hebben ze afgelopen twee seizoen de landstitel veroverd en gooien ze hoge ogen in Europa.

Na een uitgebreide begroetingsronde van alle bekenden die Lars Myhre (31) tegenkomt op het plein, gaat hij relaxt zitten op het terras. Hij is ook naar Alkmaar gekomen met de Pølsevannkameraterne. “De club is voor ons een soort plek waar iedereen bij elkaar komt in Bodø,” vertelt hij lichtelijk uitgeput na zijn lange tocht over het plein. “We zijn gewoon normale mensen die naar een voetbalwedstrijd gaan. Advocaten, bankiers, en basisschooldocenten. We hebben geen ultra’s bij onze club.”

Vier uur later zitten ze in het stadion. Het is eind tweede helft van de wedstrijd en AZ leidt met 2-1, wat betekent dat er verlengd gaat worden. Het ene Amstel XL biertje na het andere gooien de jongens achterover. Voor zich hebben ze aan het begin van de wedstrijd een Noorse vlag op gehangen waarop staat: Hup Bodø/Glimt Hup, PEACE NOW! In de 105e minuut valt de gelijkmaker. De Noren vliegen over elkaar heen van vreugde en enkelen die aan de zijkant van het vak op de trappen staan vallen naar beneden door al het geduw en getrek. Het maakt ze niks uit en vrolijk springen ze op, want met deze uitslag gaan ze door naar de volgende ronde. Bij het laatste fluitsignaal ontploft het uitvak opnieuw.

“Het is een sprookje voor ons,” vertelt Kjelstrup (32) wanneer hij weer tot rust is gekomen. “We hebben hierover gedroomd, en nu is het gelukt.” De zege gaat hij met zijn groep vieren in Amsterdam, iets waar hij erg naar uitkijkt. “Dit gaat een van de mooiste nachten van mijn leven worden. We gaan dit tot diep in de nacht vieren.” Ze hebben directe bussen van het stadion naar de hoofdstad geregeld.

Bij de bussen staat een groep politieagenten de feestende Noren in de gaten te houden. Ontspannen kijken ze hoe de supporters staan te zingen. “Ik heb nog nooit zulke nette supporters hier in Alkmaar langs gehad,” zegt een politieagent. “Wat zingen ze eigenlijk?” Wanneer hij hoort dat ze “Wat is het mooi om hier te zijn” staan te schreeuwen, schudt hij lachend zijn hoofd.

Geef een reactie